1Een vriendelijk antwoord doet woede bedaren,
harde woorden wakkeren woede aan.
2De woorden van wijzen getuigen van echt inzicht,
uit de woorden van dwazen blijkt hun domheid.
3De Heer ziet wat er overal gebeurt,
hij slaat de mensen gade, de goeden en de slechten.
4Milde woorden doen je leven,
valse kunnen je breken.
5Wie zich niets aantrekt van een waarschuwing, is een dwaas,
wie een terechtwijzing ter harte neemt, is verstandig.
6Het huis van een rechtvaardige is vol kostbare schatten,
wat een slecht mens verwerft, brengt hem geen geluk.
7De uitspraken van wijzen vergroten het inzicht,
maar de woorden van dwazen nooit.
8Offers van slechte mensen verafschuwt de Heer,
maar het gebed van een eerlijk mens stelt hij op prijs.
9Wat slechte mensen doen, verafschuwt de Heer,
hij houdt van wie rechtvaardig handelen.
10Wie van de goede weg afwijkt, wordt zwaar gestraft,
wie zich niet laat terechtwijzen, zal sterven.
11De afgrond van het dodenrijk ligt voor de Heer open,
hoeveel temeer dan niet de gedachtenwereld van de mens.
12Een verwaand iemand wil niet terechtgewezen worden,
hij zal zich niet tot wijze mensen wenden.
13Een vrolijk hart doet het gezicht stralen,
verdriet maakt iemand neerslachtig.
14Een verstandig mens zoekt naar inzicht,
maar dwazen houden zich alleen met domheid bezig.
15Voor een ongelukkig mens is elke dag slecht,
voor een blijmoedig mens is het altijd feest.
16Het is beter weinig te bezitten en ontzag te hebben voor de Heer,
dan rijk te zijn en door onrust te worden geplaagd.
17Een schotel groenten en liefde
is beter dan een vetgemeste os en haat.
18Een driftkop wekt woede op,
wie geduldig is, brengt ruzie tot bedaren.
19De weg van een luiaard wordt versperd door doornstruiken,
het pad van eerlijke mensen is vrij.
20Van een wijze zoon ondervinden de ouders vreugde,
van een dwaze krijgen ze minachting.
21Dwaasheid trekt alleen dommen aan,
een man met inzicht kiest een rechte weg.
22Plannen mislukken door gebrek aan overleg,
alleen met veel goede raadgevers komt iets tot stand.
23Iemand is blij als hij de passende woorden vindt,
het juiste woord op het juiste moment is een weldaad.
24Voor een verstandig mens gaat de levensweg omhoog,
zo ontwijkt hij het dodenrijk beneden.
25De Heer verwoest het huis van trotse mensen,
van een weduwe beschermt hij iedere grenspaal.
26De Heer verafschuwt wat slechte mensen willen,
maar woorden uit liefde gesproken zijn zuiver.
27Wie woekerwinst maakt, ondergraaft zijn eigen huis,
wie zich niet laat omkopen, stelt zijn leven veilig.
28Een rechtvaardige bezint zich op zijn antwoord,
de woorden van een slecht mens richten niets dan onheil aan.
29De Heer houdt zich ver van wie niets van hem willen weten,
maar hij hoort het gebed van wie naar hem luisteren.
30Een vriendelijke blik maakt je blij,
een goed bericht geeft je weer moed.
31Wie naar heilzame terechtwijzingen luistert,
wordt tot de wijzen gerekend.
32Wie waarschuwingen afwijst, doet zichzelf tekort,
maar wie luistert naar terechtwijzingen, wint erbij.
33Ontzag voor de Heer leidt tot wijsheid
en bescheidenheid gaat vooraf aan eer.